Protestantse Gemeente Hooge Zwaluwe
Protestantse Gemeente Hooge Zwaluwe
(Uit de 'Oude Doos', Kerkblad juli/augustus 2007).

Herstel van de pastorie

Slechte toestand pastorie

Tijdens de vergadering van 15 januari 1948 werden de verlangens die predikant C. Sundermeijer uit Gorkum had ten aanzien van de pastorie besproken. Dit in verband met de toezegging van beroep, die op hem werd uitgebracht. De huidige dominee Groenenboom was in Pernis beroepen en hij had dit beroep inmmiddels aangenomen. Sundermeijer had onder andere wensen met betrekking tot de werkzaamheden die verricht moesten worden aan de pastorie. 

Er werd door het college van kerkvoogden en notabelen niet ontkend dat de pastorie thans zowel uitwendig, als inwendig verkeert in een deplorabele toestand. Een gedeelte van het herstel viel nog onder de kosten vanwege de wederopbouw, zoals het herstel van de grote slaapkamer op de eerste etage, van de goot aan de voorgevel en reparatie van de rolluiken. Een groot deel van de kosten kwam echter voor rekening van de kerkvoogdij. Ds. Sundermeijer had gevraagd om de plafonds in de beschadigde kamers te laten herstellen en de kamers te schilderen en te behangen. De predikant wilde alle kamers weer in gebruik nemen. 

Ook wilde hij graag dat het bestaande privaat werd vervangen door een closetinstallatie. Dit zou veel geld gaan kosten. Er moest waterleiding aangelegd worden en de riolering diende ingrijpend gewijzigd te worden. Ook was het nodig dat de voorgevel van de pastorie weer in een behoorlijke staat werd gebracht, daar deze thans in een vervallen toestand verkeert. Ook de deuren, ramen en de goten hadden een likje verf nodig. 

 

De pastorie

Om een beeld te krijgen van de kosten, werd aan de gemeenteopzichter 't Hooft gevraagd een begroting te maken. Hij kwam uit op een bedrag van hfl. 1.731,=.

 

Financiële middelen

Om aan het benodigde geld te komen werd besloten een beroep te doen op de offervaardigheid van de gemeenteleden door het houden van een collecte. Verder wilde men een gedeelte van de pastorietuin verkopen aan de aangrenzende eigenaren G.N. Vos, H.P v.d. Bosch en W.J. Ket. 

De grond werd te koop aangeboden tegen een prijs van hfl. 0,75 per m2. Op 21 januari 1948 verklaarden genoemde drie heren zich akkoord met deze prijs. Door 't Hooft werd op 29 januari 1948 de grondopmeting gedaan. Vos kocht 655,4 m2, Van de Bosch 378,3 m2 en Ket 421,3 m2 tuingrond. In totaal werd 1.455 m2 van de pastorietuin verkocht. De totale oppervlakte van de tuin bedroeg 2.280 m2. Er bleef dus nog 825 m2 van de tuin over. Voor deze grondverkoop werd goedkeuring van het Provinciaal College van Toezicht aangevraagd.

Ada Peele en Matti Herben, 
Hooge Zwaluwe, 17 juni 2007